Monday, January 26, 2009

Cuscurama IV: afscheid

Zoals met alles, zou ook mijn vrijwilligerswerk, mijn verblijf in Cusco en daarmee mijn sedentaire periode in Peru, een einde kennen. Vorige week maandag was het dan zo ver, mijn laatste dag in de hoge Peruaanse stad, mijn laatste keer werken in de jeugdgevangenis, mijn laatste rit in het veeleisende openbare vervoer en mijn laatste ademnood in steile straatjes. Ik moest om 8u in het jeugdcentrum Marcavalle zijn, omdat de opvoeders alsnog geinteresseerd bleken in mijn presentatie over motivatie en geen gebruik hadden gemaakt van de eerste versie de week voordien, omwille van een staaltje Latijns-Amerikaanse communicatie. Het verwachte scepticisme bleef uit en zelfs de meest repressieve werknemers stonden open voor een andere benadering, het was een aangename voormiddag. Van de jongens waarmee ik de laatste twee maand had gewerkt, had ik de week voordien al afscheid genomen, omdat ik dacht dat het toen mijn laatste keer zou zijn, en na mijn uitleg haastte ik me terug naar het centrum om de obligate laatste prullen te regelen voor ik de Andesvallei achter me zou kunnen laten. De belangrijkste onder die prullen waren de mensen van wie ik afscheid wou nemen, Lohita van het vegetarisch kraampje, Nidia van het internet en natuurlijk Juan Carlos, mijn mentor in Marcavalle en begeleider in de Peruaanse gemeenschap, die zich meer en meer ontpopt had tot een goede vriend, ondanks het grote leeftijdsverschil. De meeste van mijn andere vrienden waren al vertrokken en van de laatste overblijvenden had ik in het weekend afscheid genomen. Lohita bewees ik de eer van een laatste vegetarische lunch en Nidia mocht mijn laatste toetsaanslagen aanschouwen. In een vlaag van gemeende hoffelijkheid had ik voor beide vrouwen in mijn Cuscaanse leven een kleine chocolade attentie voorzien en ze smolten sneller dan het ontvangen kleinood.
Juan Carlos nam me ´s avonds mee voor een Pisco Sour in de bar van zijn familie, samen met een neef en zijn vriendin uit Arequipa, waarna we een schitterende pizza aten in de meest toeristische straat van de stad. We hadden meer dan aangenaam samengewerkt in de laatste maanden, we waren best productief geweest, ondanks de Latijns-Amerikaanse obstakels, en hadden ons bijzonder goed geamuseerd.. net zoals onze samenwerking was ook ons afscheid zuiders getint en de laatste woorden moesten het zonder een vaste stem doen..
Ik nam mijn laatste taxi huiswaarts, onaantastbaar voor de pogingen van de chauffeur om me meer te vragen dan hij zou mogen, na vier maanden bikkelharde training in afdingen. In mijn appartment wachtten me de laatste handdrukken aan mijn vriendelijke huisgenoten van de laatste weken, alvorens mijn valies nog enkele uren zijn deel van de aandacht opeiste.
Van Cusco zelf zal ik niet zó veel missen, de grootsheid en chaos van de stad kunnen bij wijlen stresserend zijn en het massatoerisme verwelkt vaak de idyllische pracht van de legendarische stad. Maar toch, naast het boeiende werk in Marcavalle had Cusco nog andere herinneringen op zijn naam staan. Wat ik het meeste zal missen is haar ligging, hoog tussen de bergen, in een vallei, op duizelingwekkende hoogte, omringd door de groene, afgeronde toppen met hun kleurrijk landbouwpatroon, waar ik tot op de laatste dag nog andere, onbekende tinten groen in bleef ontdekken; de grote straat vlakbij mijn appartement, die horizontaal tegen een flank ligt, waardoor mijn tocht naar het centrum in het begin steeds vergezeld werd van een prachtig uitzicht over de ingenomen vallei; de uitdeining van de stadsgrenzen op de flanken van de groene bergen, alsof de bewoners hun stad niet goed onder controle hebben en ze van elk onbewaakt moment gebruik maakt om stilletjes verder omhoog te kruipen, het dal uit, de bergtoppen tegemoet; het nachtelijke Cusco, waarin je vanop het Plaza de Armas kunt zien hoe gele lichtjes de onregelmatige grenzen van die uitdeinende stad aangeven en ze nog verder lijkt te komen dan overdag te zien is... waar ik ook aan zal terugdenken zijn de dagdagelijkse contacten met de Peruanen, bij wie de dollartekens in hun ogen snel uitdoven en plaats maken voor bescheiden vriendelijkheid eenmaal ze merken dat je hun taal spreekt en niet de zoveelste toerist op doortocht bent...
het waren vier leuke maanden in Cusco, maar ik heb minstens evenveel zin in de weken reizen die nog voor me liggen, hoewel geen enkel hostel zo vertrouwd zal voelen als de oude Incastad die ik achter me laat...

1 comment:

Anonymous said...

allemaal goe en wel,
maar waar blijven de spannende verhalen van je toiletzak en zijn integratieprestaties